Bereiden

rusten ± 1 uur / oven ± 55 min.

Meng voor de taartbodem in een kom de suiker met ½ tl fijn (zee)zout, ei, 1 el koud water en de boter. Voeg de bloem en het bakpoeder toe en kneed snel tot een soepel deeg. Kneed het deeg niet te lang, dan wordt het taai. Rol tot een bal en wikkel in plasticfolie. Laat minimaal 1 uur rusten in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 180°C. Rol het deeg uit en bekleed de bakvorm ermee. Leg een vel bakpapier over het deeg en bedek de bodem met de steunvulling. Bak de taartbodem zo 20 min. ‘blind’ af. Wanneer de bodem mooi goudbruin is, mag hij uit de oven. Verwijder de steunvulling en het bakpapier en laat afkoelen.

Breng intussen voor de banketbakkersroom in een steelpan de melk met 50 g suiker en het vanillemerg en -stokje zachtjes aan de kook.

Meng in een kom het custardpoeder met een snuf fijn (zee)zout en de rest van de suiker. Voeg de eidooiers toe en roer tot een gladde pasta.

Giet al roerend een pollepel hete vanillemelk bij de custardpasta. Meng goed, zo warmt de custardpasta op, dat heet ‘familie maken’. Voeg het mengsel al roerend toe aan de pan met hete melk en breng zachtjes aan de kook. Blijf roeren. Haal het vanillestokje eruit.

Laat de banketbakkersroom 2 min. zachtjes doorkoken tot vla-dikte. Zet het vuur uit en schenk de room in een schaal. Dek af met plasticfolie – druk de folie echt op de room zodat er geen lucht tussen zit, anders komt er een velletje op. Laat afkoelen.

Verwarm de oven opnieuw tot 180°C. Klop in een kom de afgekoelde banketbakkersroom een beetje los en schep eventueel in een spuitzak. Vul de afgebakken taartbodem royaal vol tot 5 mm onder de rand. Strijk de crème met een lepel of spatel glad.

Verdeel de bosbessen over de banketbakkersroom en bestrooi met poedersuiker. Bak de taart nog 25 min. af in de oven.