Zachte, luchtige aardappelbroodjes
Of je voor dit recept nu aardappels kookt of een restje aardappelpuree of gebakken krieltjes gebruikt, deze broodjes zijn sowieso lekkerder dan wat je in de winkel koopt! Je hoeft geen broodexpert te zijn om deze prachtige, zachte broodjes te maken. Het deeg is heel vergevingsgezind, zelfs als je het te lang of te kort kneedt. Het is een gistdeeg, dus houd rekening met 1½-2 uur rijstijd. Gelukkig kun je in die tijd wel andere dingen doen. Deze broodjes hebben een boterige, zoute bovenkant en een superzachte kern – heerlijk om te beleggen of om er broodjes ‘gehaktbal’ van te maken.
Ingrediënten
Bereiden
300 ml lauwwarm water
2¼ tl droge gist
1 tl suiker
625 g (glutenvrije) bloem, plus extra
om mee te bestuiven
2 tl zout
90 g boter, op kamertemperatuur
270 g gekookte, geprakte aardappels,
met schil
plantaardige olie
zoutvlokken
Klop in een kom het lauwwarme water, de gist en de suiker ongeveer 1 minuut door elkaar, tot de suiker is opgelost en de gist begint te schuimen. Zet de kom ongeveer 5 minuten opzij.
Meng in een grote kom de bloem met het zout en voeg dan het gistmengsel, 60 g boter en de aardappelpuree toe. Kneed alle ingrediënten met de hand (of gebruik de keukenmachine) tot een soepel deeg. Vorm een bal van het deeg, vet de kom in met wat olie zodat het deeg er niet aan vastplakt en leg het deeg hierin. Bedek de kom met een schone theedoek en laat het deeg ongeveer 1 uur rijzen tot het in volume is verdubbeld.
Vet een bakplaat van 33 x 23 cm in en bestuif het werkoppervlak met bloem. Druk de lucht uit het deeg en stort het op het werkoppervlak. Vorm 12 gelijke broodjes van het deeg. Leg ze op de bakplaat en laat ze 30-45 minuten rijzen. 4 Verwarm de oven voor op 200 °C.
Smelt de rest van de boter en bestrijk hiermee de bovenkant van de broodjes. Bestrooi ze met zoutvlokken. Bak de broodjes 25 minuten tot de bovenkant goudbruin is en het deeg gaar. Tik op de onderkant om te controleren of ze gaar zijn; het moet hol klinken.
Laat ze op een rooster afkoelen.
Dit recept komt uit het boek: