Bereiden

Oven ± 20 min. / opstijven ± 1 uur

Meng in een kom de bloem met de 150 g poedersuiker. Voeg de boterblokjes toe en klop ze met de handmixer tot een fijn kruimelmengsel. Mix de vanille en het ei erdoor tot een deeg. Breng dit over op een met bloem bestoven werkblad en kneed het kort door tot een egaal deeg. Verdeel het deeg in 2 porties, vorm van elke een rechthoek, omwikkel met plasticfolie en laat ± 1 uur opstijven in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 180ºC. Rol elke portie deeg tussen 2 licht met bloem bestoven vellen bakpapier uit tot lappen van 22×32 cm. Snijd elke deeglap langs een liniaal precies doormidden en dan de randen rondom bij. Je hebt nu 4 deegrepen van 10×30 cm. Is het deeg te zacht, laat het dan weer opstijven in de koelkast.

Leg de deegrepen op de bakplaten en prik er gaatjes in met een vork. Bak ze in ± 20 min. lichtbruin. Wissel halverwege de bakplaten van plaats. Neem ze uit de oven en laat ze afkoelen.

Meng voor het glazuur de poedersuiker met 2-3 el kokendheet water tot een dik vloeibaar, glad glazuur. Roer de helft van de frambozen erdoor.

Prak de frambozen voor de vulling en meng de jam en sinaasappelrasp erdoor.

Bestrijk 2 van de deegrepen met de frambozenvulling, dek ze af met de andere 2 deegrepen en bestrijk ze met het glazuur. Strooi de rest van de gevriesdroogde frambozen erover. Snijd elke stapel voorzichtig in 6 stukken en serveer.